In Singapore hebben onderzoekers een methode ontwikkeld om zeer kleine extracellulaire vesikels uit bloed te isoleren. Deze kunnen vervolgens gebruikt worden om een diagnose te stellen, meldt Biomicrofluidics.

Het is moeilijk om de kleine vesikels uit bloed te isoleren, ze zijn maar 30-1000 nanometer groot. Toch is het de groep van Chwee Teck Lim gelukt om er een snelle methode voor te ontwikkelen.

De onderzoekers hebben een ‘centrifugal nanoparticles separation and extraction (µCENSE)’ chip ontwikkeld die slechts acht minuten nodig heeft. Het bloedmonster wordt ingespoten in de chip, die daarna in een tafelcentrifuge wordt geplaatst. Zodra hij draait loopt het bloed een gebogen kanaal in. De scheiding vindt plaats doordat verschillende formaten deeltjes zich anders gedragen onder invloed van centrifugale kracht. De grotere deeltjes bewegen zich naar buiten en de kleinere blijven meer naar het midden zitten. Het gebogen kanaal mondt uit in twee reservoirs, waar de grote en kleinere vesikels kunnen worden uitgehaald.

Deze vesikels zijn belangrijk voor de communicatie tussen cellen. Ze kunnen onder andere mRNA vervoeren. Als ze in cellen worden opgenomen, worden er eiwitten gemaakt op basis van het mRNA. Daardoor kan de functie van de cellen veranderen. Dit kan bijvoorbeeld zorgen voor productie van stoffen die een tumor nodig heeft.

Kanker, hart-en vaatziekten en verschillende bloedziekten kunnen gediagnosticeerd worden aan de hand van de vesikels. De onderzoekers hopen dat deze niet-invasieve methode uiteindelijk tumorbiopsieën kan vervangen.

Bron: Biomicrofluidics