Binnen het uur weten of je rijst gevaarlijke hoeveelheden arseen bevat. Met een handige veldtest moet dat werkelijkheid worden volgens een artikel in Analytical Chemistry.

Rijst wordt gegeten door meer dan 50% van de wereldbevolking. 70% van de rijst wordt verbouwd in gebieden met een hoog gehalte arseen in de bodem zoals Bangladesh, China, Indië en Indonesië. Vooral anorganisch arseen vormt een risico omdat dit veel meer carcinogeen is dan organisch arseen. Risico op overschrijding van de maximaal toegestane concentratie anorganisch arseen is dan ook groot. In de praktijk blijken boeren in arme gebieden lastig in staat hun rijst te testen op arseen. Dat terwijl de rijstboeren wel moeten weten hoeveel arseen hun rijst bevat.

Traditioneel test men anorganisch arseen via high-performance liquid chromatography-inductively coupled plasma-mass spectrometry (HPLC-ICP-MS). Een betrouwbare techniek die wel veel apparatuur vereist. Transport naar de rijstvelden is niet mogelijk vanwege de complexiteit.

Jörg Feldmann gaat voor zijn veldtest die hij de Arsenator heeft genoemd uit van de Gutzeittest. Rijst vermaal je met een vijzel waarna je het simpelweg afmeet met een maatlepel. Dit gevolgd door extractie met 1% salpeterzuur en enige tijd koken.

Daarna breng je het mengsel over in een rondbodemkolf samen met een tablet natriumboorhydride en zakje sulfaminezuur. Met het afdekken via een speciale stop met filters kun je waterstofsulfide en arsine afvangen. Een van deze filters bestaat uit kwikbromide. Door de reactie van arsine met kwikbromide vormt zich een complex op het filter, lichtgeel bij weinig arseen, donkerbruin bij veel. Zo valt via een kleurenkaart snel te bepalen of kritieke waarden worden overschreden of niet.

De Arsenator is getest en werkend bevonden volgens de onderzoekers met 10% vals-negatieve en 3% vals-positieve uitslagen. Wel is getraind personeel vereist omdat men werkt met gevaarlijke chemicaliën.

Bron: C&EN