Een subtiele chemische wijziging kan het antibioticum vancomycine weer effectief maken tegen bacteriën die er resistentie tegen hebben ontwikkeld. Hoe je dat zou moeten aanpakken, valt te lezen in het Journal of the American Chemical Society.

Het slechte nieuws is dat de praktische uitwerking van het idee tamelijk lastig dreigt te worden.

Vancomycine is de afgelopen decennia uitgegroeid tot de laatste verdediging tegen infecties waar geen enkel ander antibioticum meer tegen helpt. Door het zo weinig mogelijk te gebruiken, hoopt men te voorkomen dat bacteriën hier ook nog resistent tegen worden. Helaas lukt dat net niet helemaal.

Eerder onderzoek heeft uitgewezen dat die resistentie schuilt in de staart van een peptidoglycan-molecuul dat op de celwand zit. Door toedoen van een mutatie verandert de ‘staartpunt’ van d-alanyl-d-alanine in d-alanyl-d-lactaat, wat een kwestie is van het vervangen van één =NH-groep door een =O . Met het gevolg dat vancomycine er niet meer aan hecht.

Al eerder is gesuggereerd dat je dit kunt herstellen door bij vancomycine precies het omgekeerde te doen, dus =O vervangen door =NH. En daar zijn Dale Boger en collega’s (Scripps Research Institute, Californië) nu voor het eerst daawerkelijk in geslaagd.

De eerste proeven in vitro hebben laten zien dat het inderdaad werkt: de resistentie is weg. En opvallend genoeg blijft de gemodificeerde vancomycine ook effectief tegen bacteriën die nog niet resistent waren.

Jammer is alleen dat de modificatie alleen was uit te voeren door eerst een disaccharidegroep weg te knippen van de andere kant van het vancomycinemolecuul. Het succes is dus niet behaald met echte vancomycine maar met ‘vancomycine aglycon’ dat in vivo hoogstwaarschijnlijk niet is te gebruiken.

De volgende uitdaging voor de organische synthese is dus om dat disaccharide er weer aan te zetten, of om een manier te vinden om een =NH op vancomycine te zetten zonder dat die suiker er eerst af moet. Het ene schijnt nog moeilijker te zijn dan het andere.

bron: C&EN

Onderwerpen