Opnieuw verkoopt een liefdadigheidsfonds van de familie Rockefeller al haar beleggingen in fossiele brandstoffen. Financieel én ethisch slaat het nergens op om ze langer aan te houden, schrijft het Rockefeller Family Fund op de eigen website.
Het Rockefeller Brothers Fund, dat voortkomt uit dezelfde familie, nam dat besluit al in 2014 en dat heeft haar geen windeieren gelegd. Het grootste familiefonds, de Rockefeller Foundation, schijnt nog wél in olie te beleggen om vervolgens wél de winst in duurzame projecten te steken.
Nieuw is dat het Family Fund het niet houdt bij obligate woorden over duurzaamheid, maar man en paard noemt. De bekendmaking is een openlijke aanval op ExxonMobil. Dit naar aanleiding van berichten dat men daar intern al 35 jaar geleden wist van de gevaren van klimaatverandering en zich er ook stilletjes op voorbereidde, maar dat men het naar buiten toe zo lang mogelijk stil heeft gehouden teneinde de olieverkopen niet in gevaar te brengen. ExxonMobil zou zelfs hebben willen profiteren van het smelten van het Noordpoolijs om op meer locaties naar die olie te kunnen boren.
En dan te bedenken dat juist ExxonMobil de basis vormt van het Rockefeller-fortuin. Stamvader John D. Rockefeller (zie de foto) was immers de oprichter van Standard Oil, ’s werelds eerste oliegigant. Ruim honderd jaar geleden moest hij op last van het Amerikaanse Hooggerechtshof zijn imperium aan stukken knippen wegens schending van de kartelwetgeving, waarna twee van die stukken uitgroeiden tot respectievelijk Exxon en Mobil. Voor de volledigheid: Chevron en Amoco, inmiddels onderdeel van BP, zijn ook twee van die stukken.
Het Rockefellerfonds ontkent dat beladen verleden overigens niet. ‘But history moves on, as it must’, zo eindigt de brief.
bron: Volkskrant
Nog geen opmerkingen