Poepresten in waterbodems geven vrij exact aan hoeveel mensen in de loop der eeuwen aan de oever hebben gewoond. Je kunt er beter aan aflezen of een beschaving plotseling is ingestort dan aan archeologische vondsten, stellen Amerikaanse onderzoekers in het Journal of Archaeological Science.

Wie daar niet bij kan, kan gratis de masterscriptie inzien van eerste auteur Adam White. Daar staat zo’n beetje hetzelfde in.

Het ging White vooral om coprostanol, een metaboliet van cholesterol die ontstaat in de darmen van vrijwel alle hogere diersoorten maar in de praktijk vooral geldt als indicator voor menselijke aanwezigheid. Dat was allang bekend maar niemand lijkt ooit te hebben geprobeerd om kwantitatieve coprostanol-analyses te ijken door er harde demografische gegevens naast te leggen - en bovendien dacht men dat coprostanol alleen boven de poolcirkel lang genoeg goed bleef.

Dat laatste was alvast te pessimistisch, blijkt nu uit onderzoek in de bodem van Lake Horseshoe nabij Cahokia Mounds, op de grens van de staten Illinois en Missouri. Overdreven koud is het klimaat daar niet.

Die ‘mounds’, een soort kunstmatige heuvels, zijn achtergelaten door een bloeiende beschaving van zo’n duizend jaar geleden. Uit opgravingen is eerder afgeleid dat die er eeuwen over deed om te groeien maar kort na zijn hoogtepunt ineens instortte, mogelijk als gevolg van langdurige droogte of een reeks zware overstromingen van de Mississippi-rivier. Althans, dat laatste dacht men tot nu toe.

De coprostanol in de boorkernen bevestigt die langzame bevolkingsgroei. Maar ze laat tevens zien dat de krimp niet plotseling was maar óók eeuwen moet hebben geduurd. De droogte en de overstromingen gaven de beschaving wel een zware knauw, maar er moet meer aan de hand zijn geweest. Iets politieks of cultureels, wellicht, al kan het volgens sommige onderzoekers ook hebben gelegen aan iets te rigoureuze ontbossing.

Je ziet trouwens ook dat van vijf overstromingen alleen de laatste een meetbaar effect had op de omvang van de bevolking, die wel iets gewend moet zijn geweest omdat de Mississippi wel vaker overstroomt.

In een persbericht suggereert Carl Lipo, een van Whites begeleiders, dat theorieën over catastrofaal eindigende beschavingen misschien wel iets te populair zijn onder oudheidkundigen, vooral omdat ze lijken te waarschuwen voor wat ons zélf zou kunnen overkomen. Hij verwijst naar Paaseiland, waar hij eerder onderzoek deed - wat over die cultuur is geschreven, blijkt eveneens voornamelijk apekool te zijn.

Hij is nu de coprostanol-analyse verder aan het verfijnen in de hoop er een routinegereedschap van te maken.

bron: Binghamton University