Er zijn een hoop organische moleculen op Mars maar het ziet er niet naar uit dat ze biologisch zijn. Daarvoor zitten ze te diep ingebed in vulkanisch gesteente, stellen Amerikaanse onderzoekers op de website van Science.

Andrew Steele en collega’s (Carnegie Institution, Washington DC) wierpen een frisse blik op elf meteorieten die afkomstig zijn van Mars en ooit op aarde zijn neergekomen. De oudste daarvan dateert van 4,2 miljard jaar geleden.

Al eerder was ontdekt dat in zulke meteorieten allerlei koolstofketens en -ringen zijn te vinden. Maar sceptici vermoedden dat die niet van Mars kwamen en er pas na aankomst op aarde in terecht waren gekomen.

Dat laatste kan dus niet kloppen. Metingen met confocale Raman-spectrometrie wijzen uit dat de ‘macromoleculaire koolstof’, zoals Steele het noemt, onder het oppervlak van de meteorieten pleegt te zitten. Je vindt ze op metaaloxidekorrels (vooral chromiet en magnetiet) die volledig opgesloten zitten in het gesteente. Besmetting van buitenaf is dus uiterst onwaarschijnlijk.

En dat gesteente bestaat uit olivijn of pyreen, twee mineralen die gewoonlijk worden gevormd tijdens vulkaanuitbarstingen. Het ligt dus voor de hand dat de metaaloxidekorrels én de koolstofketens tijdens diezelfde vulkaanuitbarstingen zijn gevormd.

“Mars has been undertaking organic chemistry for most of its history”, zo vatten de auteurs het samen. Maar daar had de planeet dus geen levensvormen voor nodig.

Of de verklaring voor het methaan in de Martiaanse atmosfeer is te vinden in deze ondergrondse voorraad gereduceerde koolstof, gekoppeld aan de nog steeds voortdurende vulkanische activiteit, durven ze niet te zeggen.

bron: Carnegie Institution, BBC News

Onderwerpen