Auteurs extra laten betalen voor een versnelde peer review is de nieuwste manier om geld te verdienen aan open-accesstijdschriften. Maar of de wetenschappelijke wereld het gaat pikken is nog maar de vraag, blijkt uit de eerste commentaren.

Het heeft de Nature-uitgave Scientific Reports alvast een medewerker gekost. De Londense klimatoloog Mark Maslin stelde zijn plaats in de editorial board beschikbaar omdat hij niet wil meewerken aan een systeem dat rijke onderzoeksgroepen bevoordeelt, zo liet hij weten via Twitter. Die werd prompt dankbaar opgepikt door de nieuwsredactie van het concurrerende Science. Bij Nature zelf zijn ze er iets genuanceerder over, maar ook niet onverdeeld positief.

De proef bij Scientific Reports startte vorige week, en betreft voorlopig alleen het vakgebied biologie. Beloofd wordt een redactionele beslissing binnen drie weken na de eerste intake-beoordeling. Hoe veel het extra kost staat er niet bij.

Om die termijn te kunnen halen wordt de versnelde peer review uitbesteed aan Rubriq, een Amerikaans bedrijfje dat sinds begin 2013 een ‘gestandaardiseerde’ peer review aanbiedt en daartoe een eigen netwerk van reviewers achter de hand houdt. Het oorspronkelijke idee was dat de auteur die peer review zou kunnen hergebruiken wanneer het eerste tijdschrift, dat hij benadert, zijn manuscript afwijst. Dat zou dubbel werk schelen, en de procedure bij tijdschrift nummer twee, drie, vier etc. aanzienlijk versnellen.

Sinds de start wordt er weinig meer van het idee vernomen, al beweert Rubriqs moederbedrijf Research Square dat de omzet vorig jaar 20 miljoen dollar bedroeg. Mocht iemand er ervaring mee hebben dan horen we het graag. Scientific Reports lijkt in elk geval het eerste topblad te zijn dat Rubriq zélf inschakelt als betaalde service richting auteurs.

De verantwoordelijke uitgeefdirecteur Nandita Quaderi benadrukt dat het alleen gaaat om snelheidswinst, en dat het eindoordeel van de redactie er helemaal los van staat.

Maar Maslin vindt ten eerste dat een peer review nooit een haastklus mag worden, en ten tweede dat je een tweedeling in de wetenschappelijke samenleving riskeert tussen zijn die wél kunnen betalen en zij die dat niet kunnen. En daar is hij tegen.

bron: Nature, Science, Nu.nl