De meest persoonlijke sporen van kunstenaars uit het verleden zijn de vingerafdrukken die ze achterlieten tijdens het maken van hun meesterwerken. Die zijn veelal genegeerd in de kunstgeschiedenis, maar nieuw onderzoek is erop gericht om het potentieel van dit soort sporen in de toekomst ten volste te benutten.
Kunsthistorici vertonen iets dat nog het meest lijkt op mystieke eerbied als ze het hebben over mogelijke vinger- en handpalmafdrukken op schilderijen van Leonardo da Vinci, maar andere persoonlijke afdrukken hebben weinig aandacht gekregen in het kunstonderzoek. Džemila Šero, die als postdoc aan het Centrum Wiskunde & Informatica in Amsterdam zocht naar innovatieve manieren om vingerafdrukken op kunstwerken te documenteren, biedt een verklaring voor het feit dat deze afdrukken vaak worden verwaarloosd en nauwelijks worden vermeld in museumarchieven: ‘Het komt waarschijnlijk doordat conservatoren niet de middelen hadden om ze goed te documenteren, behalve door ze simpelweg te fotograferen, en omdat er geen mogelijkheid was om ze goed te kunnen vergelijken met andere sporen.’
Als lid van de KNCV, KVCV, NBV, of NVBMB heeft u onbeperkt toegang tot deze site, u kunt hier inloggen.