In de VS start een studie naar de haalbaarheid van inherent veilige chemische fabrieken. De National Research Council wil weten of het mogelijk is om een procesinstallatie zo te ontwerpen dat de omgeving niets of hooguit een klein beetje merkt van ongelukken, zo meldt Chemical and Engineering News.

Als praktijkvoorbeeld is een pesticidenfabriek van Bayer CropScience in Institute (West Virginia) uitgekozen. In 2008 werd die deels verwoest door een explosie. Er vielen twee doden, maar achteraf hadden de gevolgen nog vele malen ernstiger kunnen zijn.

Het bleek namelijk de enige fabriek in de VS te zijn die nog grote hoeveelheden methylisocyanaat gebruikt als tussenproduct. Het scheelde niet veel of rondvliegende brokstukken hadden een opslagtank met zes ton van die uiterst giftige verbinding geperforeerd.

Voor wat er dán had kunnen gebeuren, wordt verwezen naar de beruchte giframp in Bhopal (India) waarbij in 1984 duizenden doden vielen door toedoen van precies dezelfde stof.

De vraag is nu of het haalbaar en betaalbaar is om zo’n fabriek dusdanig te verbouwen dat je zo’n opslagtank niet meer nodig hebt.

Enkele weken geleden heeft Bayer overigens beloofd om die verbouwing sowieso uit te voeren. De manier waarop het bedrijf dat gaat aanpakken kan nu eveneens in de studie worden meegenomen. Waarmee het eindrapport nog veel interessanter belooft te worden, als case study die aangeeft hoe het wél moet.

bron: C&EN

Onderwerpen